Inleiding
Na de 'generatie' klassieke elektrische locomotieven van de reeksen 22 tot en met 26 werd in de eerste helft van de jaren tachtig een tweede generatie elektrische locomotieven geleverd. Deze machines kwamen feitelijk in dienst zonder ander materieel te verdrijven en dus puur als aanvulling: niet zo verwonderlijk aangezien in die periode nog altijd veel lijnen onder de draad gebracht werden.
De familie van deze reeksen is deels voortgekomen uit reeks 20. Veel technische kenmerken zijn overgenomen en ook de kopvorm is een afgeleide. Toch zijn er ook veel verschillen. Belangrijk is dat de nieuwe locomotieven bij lange na niet het vermogen hebben gekregen van de reeks 20, die speciaal voor het hellingrijke traject Namen-Luxemburg gebouwd is. Ook werden de nieuwe locs vierassig en kregen ze een andere kast. Tenslotte werden diverse technische zaken aangepast om de locs bedrijfszekerder te maken dan reeks 20, waarvan enkele nadelen al vroeg aan het licht gekomen waren. Hoewel dus zeker een voorbeeld, maakt reeks 20 dus zeker geen deel uit van deze familie.
De behoefte aan nieuwe universele elektrische locomotieven was dus een afgeleide van de voortschrijdende elektrificaties in die periode.
Aanvankelijk werd een loc ontworpen met een vermogen dat ongeveer tweederde bedroeg van reeks 20, voldoende voor het verkeer op de rest
van het geëlektrificeerde net. De locs werden bedoeld voor zowel goederen- als reizigerstreinen en voor wat betreft de laatste groep
liep de levering ongeveer gelijk met de nieuwe rijtuigen type M4 en I10. Voor het eerstgenoemde type moesten de locs geschikt zijn
voor het rijden in het trekduwverkeer en voor de goederendienst moeten de locs in treinschakeling kunnen functioneren.
Aanvankelijk werden dertig locs reeks 27 besteld, wat al snel uitmondde in een totaalbestelling van 120 locomotieven: 60 stuks reeks 21
en 60 stuks reeks 27.
Tijdens de bouwperiode van deze locomotieven ontstond de nood aan nieuwe locomotieven voor de Beneluxdienst en anderzijds aan
meersysteemlocomotieven om met M4's de beide verbindingen naar Lille te rijden. De benelux-locomotieven werden geleverd als
reeks 11. Onmiddellijk na hun levering werden eveneens twaalf locs geleverd als reeks 12, die geschikt waren voor het Franse
25 kV-net. Ze waren bedoeld voor de diensten Antwerpen-Lille via Gent en Brussel-Lille via Tournai met M4-rijtuigen, hoewel
zij tot de elektrificatie van het grensbaanvak in 1993 niet verder kwamen dan Tournai. Enkele keren heeft een 12 ook dienst
gedaan voor doorgaande internationale treinen naar Paris Nord, maar structureel is deze inzet niet geweest. Met de komst van
de bicourante treinstellen serie 441-490 (MR96) werden de 12'en verdreven naar de goederendienst naar Frankrijk, waarin ze
zelfs over grotere afstand door Noord-Frankrijk rijden. Zo rijden ze van Lille naar Jeumont en komen ze tot aan de Kanaaltunnel.
Buiten de goederentreinen werd reeks 12 sporadisch ingezet om extra bedevaarts en orient-express! Treinen te slepen tussen België en Frankrijk.
Buitendienststelling
In de tweede helft van 2011 werd bekend dat reeks 12 tegen het einde van het jaar integraal aan de kant zou worden gezet. Hun diensten worden, dankzij de massale levering van reeks 18 dat de nodige verschuivingen teweeg brengt, overgenomen door locomotieven van de reeks 13, 29 en 57. Met de nieuwe dienstregeling van 11 december verloren ze al hun diensten, maar bleven vanwege het ontbrekend van de nodige vervanglocs vlotjes rijden tot het jaareinde. Toen het nodige vervangmaterieel rond het begin van 2012 anwezig was, werd reeks 12 nog steeds als tractievoertuig gebruikt voor verschillende (al dan niet grensoverschrijdende) goederentreinen. De reden voor deze inzet is het feit dat men reeks 12 in topconditie wilt houden voor een mogelijke koper. Ondanks het feit dat er nog geen koper was, werd reeks 12 eind december 2012 volledig buitendienst gesteld.
HLE 1203 werd in juli 2014 verkocht aan de Tsjechische firma XTR-System Development. Na een lange reeks testen werd de locomotief in orde bevonden
voor het slepen van passagiers en goederentreinen in Tsjechië en buurlanden. In februari 2016 werden de resterende exemplaren van reeks 12 doorverkocht
aan XTR-System Development. Vooraleer ze terug in commerciële dienst worden ingezet ondergaan alle locomotieven nog een grondige revisie.
© Sicco Dierdorp
Het is verboden om de volledige tekst van deze pagina te publiceren zonder toestemming van de rechthebbende